1 oktober 2016

MIJN GOD IS VRIJ

Geschreven door Martijn Junte

Mijn god is vrij

Onder die titel was mijn optreden op 26 september aangekondigd. Het verhaal dat ik bracht bestond deels uit nieuw materiaal en deels uit een vergelijking die ik eens maakte tussen klassieke beelden van de godin Aphrodite en een aantal foto’s van de socialite Kim Kardashian. Die vergelijking functioneerde als een parallel met de verhouding tussen het geloven in de 21e eeuw en de bronnen van dat geloof, die inmiddels zo’n 2000 jaar oud zijn.

Het uitgangspunt voor de vergelijking was een term van Heine Siebrand: Fantoomreligie. Ik associeerde die term met fantoompijn: de pijn in een geamputeerd lichaamsdeel. Fantoomreligie staat ook voor zo’n pijnpunt: de problematische toestand van spiritualiteit en religie, zeker in hun klassieke vorm. De positie van de kerk in de samenleving is in de afgelopen 50 jaar zodanig veranderd dat bijna wel van een amputatie gesproken kan worden.

Dat is voor velen een pijnlijk proces (geweest). We moeten echter niet vergeten dat geloven en spiritualiteit zich desondanks blijven vernieuwen. De uiterlijke vormen zijn een uitdrukking van het geloven dat gewoon gedaan wordt en vaak onopgemerkt blijft. Het gaat dan om de manier waarop mensen zich in hun alledaagse leven staande houden en ‘gewoon’ doorgaan ook al krijgen ze te maken met allerlei tegenslagen. Dit geloven in eigenlijke zin zoekt zijn eigen uitdrukkingen en vormen.

Daarmee komen we uit bij de vergelijking waarmee ik begon. De aanleiding om daarover te beginnen was de remonstrantse vriendenwerfcampagne ‘Geloof begint bij jou’. Die campagne kiest voor een uitdrukking van het remonstrantse geloven in termen van de moderne beeldcultuur. Om de context van die campagne te schetsen worden beelden getoond van de Amerikaanse beroemdheid Kim Kardashian. Zij verscheen half ontkleed op de cover van een Amerikaans cultuurtijdschrift, Paper Magazine. Het beeld, de pose en de blik van deze vrouw deden mij denken aan een beeld van de godin Aphrodite uit de oudheid. Hoewel de overeenkomsten treffend waren, spraken ook de verschillen voor zich.

Aan de hand van deze paradox werd de overgang van een klassieke manier van geloven naar een moderne toegelicht. Het meest kenmerkende voor deze overgang is een verschuiving van god naar mens. In de oudheid zochten de mensen overal naar GOD en de goden en ze vonden die ook. Zo herkende de beeldhouwer Praxiteles in zijn maitresse Phryne de godin Aphrodite. Net zo, op een ander vlak, herkenden de vrienden van Jezus in zijn leven en sterven dat hij GODs zoon was. In de moderne tijd draait het perspectief. Er wordt niet langer naar GOD of naar de goden gezocht, maar altijd en overal gaat het om de mens. Tot in de abstracte en eigentijdse kunst wordt gezocht naar de mens en zijn verlangen naar zin en betekenis.

Voor remonstranten is dat een op zichzelf vanzelfsprekende vaststelling. Geloof begint bij jou, zegt de campagne, wat zoveel wil zeggen dat je zelf beslist wat er (nog) te geloven is. In de veilige en vertrouwde context van de eigen gemeente is dat een weinig bedreigende vaststelling. Gericht op het wereldtoneel echter krijgt het een nogal unheimische en onheilspellende betekenis. In zijn uiterste consequentie staan we er, sinds GOD is afgeschreven, alleen voor. Als we dan denken aan de oorlog in Syrië, de totale vernietiging van Aleppo en de ermee samenhangende vluchtelingencrisis –om een belangrijke uitdaging van onze tijd te noemen- dan wordt daar van ons een antwoord verwacht. Een antwoord dat we misschien niet kunnen geven, maar op voorhand zeggen ‘dat gaat mijn vermogen te boven’ is er niet meer bij.

Die gedachte krijgt een uitdrukking in het imposante gedicht ‘Er was eens het water’ van de Vlaamse dichter en theatermaker Peter Verhelst. Hij schreef het in reactie op het beeld van de tweejarige Aylan Kurdi die voorover op een Turks strand ligt, op de vlucht verdronken en aangespoeld. De onmacht en het verdriet dat zo’n beeld oproept toont de macht van het beeld in onze tijd. Het contrast met de oudheid is tegelijk gigantisch. Praxiteles ontdekte zijn model Phryne toen zij zich tijdens de Eleusische Spelen liet aanspoelen op het strand. Zij zinspeelde zo op het geboorteverhaal van de godin van de liefde. Praxiteles pikte die wenk op en vereeuwigde haar als die godin ten voeten uit, een revolutionaire stap. Voor ons is zo’n directe route naar GOD afgesloten. Wij staan met lege handen ij een gestorven kind.

Met dat beeld eindigde de avond wat in mineur. Dat versterkte het gevoel dat er een grote kloof bestaat tussen wat wij in onze gemeente delen en koesteren en wat er om ons heen gebeurt. Het was nergens mijn bedoeling om die kloof te vergroten of aan te zetten. Ik wilde op een luchtige manier, met een bite dat wel, schetsen wat die betekent en hoe de campagne ‘Geloof begint bij jou’ een voorzichtige poging is om die kloof wat kleiner te maken. Het is wellicht en idee om tijdens de gesprekskring van 31 oktober nog eens verder te praten over dit onderwerp.

Over Martijn Junte

martijn

Martijn Junte

is predikant in de remonstrantse gemeenten Eindhoven, Waddinxveen en Alphen aan den Rijn. Hij is een bevlogen predikant die gelooft in vrijheid. Geloven gaat niet over wat je moet weten of geloven, maar om wat het voor je betekent. Het is persoonlijk. Geloven doe je bij voorkeur samen en op een gezellige manier. Zo ziet Martijn zijn taak in ieder geval: om met elkaar vorm te geven aan wat ons beweegt.

Gerelateerd